woensdag 15 april 2020


Het Café van Tante Leen
In mijn vorige blog kondigde ik min of meer al aan dat ik verslag zou doen van mijn visite met mijn grootvader aan Café Royal aan de Nieuwendijk. In de volksmond beter bekent als het café van Tante Leen. Tijdens één van mijn logeerpartijen bij mijn grootvader en tante Katrien, moesten en zouden wij een bezoek brengen aan eerder genoemd café, niet alleen om plezier te hebben, maar ook om te genieten van optredens van Tante Leen en Johnny Jordaan. Persoonlijk zat ik er toen niet echt op te wachten, maar goed je bent jong en je moet wel eens het één en ander. Volgens tante Katrien zou dit zeker een positieve uitwerking hebben op mijn pedagogische en muzikale ontwikkeling. Het zal dacht ik.
Maar wie zijn nu eigenlijk Tante Leen en Johnny Jordaan? Tante Leen trad pas op 43-jarige leeftijd voor het eerst op. Daarvoor verdiende ze de kost als schoonmaakster. Kennissen van haar schreven haar in voor een talentenjacht die platenmaatschappij Bovema had uitgeschreven om de Beste Stem van de Jordaan te vinden. Ze behaalde de tweede plaats achter Johnny Jordaan. Tante Leen trad vaak op samen met haar goede vriend Johnny. Haar grootste hit had ze met het nummer Oh, Johnny, dat gericht is aan Johnny Jordaan. Zij beëindigde haar zangcarrière in 1975 en bracht de laatste jaren van haar leven door in een verzorgingshuis. Op 5 augustus 1992 overleed zij.
Johnny Jordaan werd geboren in de Amsterdamse Jordaan, was een volle neef van Willy Alberti (vader van Willeke). Vanaf hun achtste zongen de twee neven samen op straat en in cafés liederen. De naam Johnny Jordaan gebruikte hij vanaf zijn veertiende, toen hij in zijn vrije tijd bleef zingen. Omdat hij een talentenjacht won mocht hij een single uitbrengen. De Parel van de Jordaan met op de B-kant Bij ons in de Jordaan De single verbrak alle records en hij was opeens een nationale beroemdheid. Op 8 januari 1989 overleed hij op 64-jarige leeftijd. In 1994 werden voor Johnny Jordaan en Tante Leen borstbeelden opgericht op het pleintje aan het begin van de Elandsgracht.


Maar goed, op een zomerse avond trokken mijn grootvader, tante Katrien en mijn persoon richting Nieuwendijk waar tante Leen haar café gevestigd was. De muziek hoorde je al van ver en welde behoorlijk aan toen wij door de open staande deur gingen. Ik was nog maar net binnen of was al verwikkeld in één of andere polonaise, waar geen ontkomen aan was. Ik was beland in een hok vol met luid kakelende ouwe mensen die, onder het genot van een drankje(s), de meeste lol schenen te hebben. En dan die muziek! Ik was van de beatmuziek en dus paste dit genre allesbehalve in mijn straatje.
Eén of andere man stond achter de bar, terwijl ik daar toch Tante Leen had verwacht. Maar na een klein half uurtje verschenen Tante Leen en Johnny Jordaan vanachter de tap. Een oorverdovend gejuich steeg op! Tijdens hun opkomst werd luidkeels de evergreen ‘Bij ons in de Jordaan!’ gezongen. Nimmer had ik zo’n uitzinnige groep mensen mee gemaakt en ik stond er middenin. Het ene na het andere Mokumer lied werd met veel overtuiging en emotie door beiden naar voren gebracht. En de aanwezigen smulden, terwijl ik moest denken aan de hit van Johnny Hoes ‘Och was ik maar bij moeder thuisgebleven!’. 
Maar ja daar was het nu te laat voor. Het werd al met al een wonderbaarlijke avond, zo zag ik mijn grootvader bewegingen maken waartoe ik hem (hij was een vrij gezette man) nooit toe in staat had geacht. Hij kon zelfs zingen! Na enkele uurtjes gingen wij weer huiswaarts, waarbij mijn grootvader mij vroeg: “Wat vond je er van?”, waarop tante Katrien alvast antwoord voor mij gaf: “Die jonge heb genoten!”. Het zal dacht ik.
Een aantal keren per jaar komen wij in Amsterdam. Al ben ik dan ook Feyenoord fan, ik heb gewoon een zwak voor die stad. Dan wandel ook weer door de Jordaan en denk dan terug aan mijn café bezoek wat ik toen vervelend vond, maar nu als een dierbare herinnering koester.

Twee linken naar Tante Leen en Johnny Jordaan:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten