dinsdag 15 juni 2021

 Pieter uit het zicht!

Het lijkt wel de titel van een spannend verhaal, wat doordrenkt is met allerlei kronkelige gedachten en gemene spelletjes. Een mix van dat alles wat zich afspeelt in allerlei achterkamertjes. Maar nee, was het maar een verhaal. Helaas is het een uit het politieke leven gegrepen feiten relaas, waarvan één persoon de dupe dreigt te worden. En waarom?

Het antwoord op die vraag is in wezen gemakkelijk, zelf voor iemand die wars is van politiek; men vindt de hoofdrolspeler, laten wij hem Pieter noemen, gewoon heel erg lastig, irritant en, tot overmaat van ramp, ook nog eens populair bij de achterban. Want dat dezer eigenschappen van toepassing zijn op onze hoofdpersoon staat als een paal boven water.

Toen Pieter nog in het zicht was schuwde hij de confrontatie niet. Als hij het gevoel had en aantonen kon dat mensen onrecht werd aangedaan ging hij de confrontatie aan, ook al was dat met eigen partijgenoten. Hét voorbeeld hier van is de kwestie van de toeslagenwet, waarbij  veel ouders bestempeld werden als aspirant criminelen die geconfronteerd werden met hoge aanslagen en dito schulden. Onze kritische hoofdrolspeler was één van degene die deze schandalige zaak aan de orde stelde.

Ja en kritiek wordt zeker niet op prijs gesteld. Op enig moment wordt dat weer tegen je gebruikt. Pieter wist dat uit ondervinding, want in 2012 was hij door de partijtop op een schier onverkiesbare 39ste plek gezet op de kandidatenlijst. Het doel was (toen al) duidelijk, om hem op een zijspoor te zetten. Maar helaas voor de snode bedenkers van deze constructie slaagde deze missie niet. Want Pieter kwam met voorkeurstemmen alsnog in de Tweede Kamer terecht.

En ogenschijnlijk werd onze hoofdrolspeler beloond voor zijn kritische gedrag, want hij deed mee aan de verkiezing voor het lijsttrekkerschap van zijn partij. Hij eindigde zeer verdienstelijk, nipt achter de winnaar, op een tweede plek. Het schijnt dat hem toen is toegezegd dat mocht de winnaar zich terugtrekken, hij zou opschuiven naar de functie van lijsttrekker. En de winnaar trok zich terug, maar Pieter werd genegeerd en een andere partijgenoot die wij gemakshalve maar even Wopke noemen (die zich eerder had teruggetrokken) werd de nummer 1. Niemand wist en weet schijnbaar meer van de eerder gemaakte afspraak en/of toezegging. Zo ga je dus om met stemmen van je leden: gewoon negeren! Bij elk normaal bestuur treed een nummer twee naar voren als nummer één, om wat voor reden dan ook, besluit te stoppen. Maar nee, zo werkt het schijnbaar dus niet.

Maar bij de Tweede Kamerverkiezingen kon je er niet om heen en werd men met de neus op de feiten gedrukt: Terwijl voor de rest van de partij de verkiezingen dramatisch verliepen, kreeg Pieter zoveel voorkeurstemmen dat hij alleen al voor vijf zetels zorgde. Je zou toch zeggen dat je een dergelijk lid moet koesteren. Maar de praktijk bleek toch iets anders te zijn.

Vanwege de dramatisch verlopen verkiezingen werd er een intern evaluatie onderzoek opgestart, waarbij afzonderlijke leden (schijnbaar) middels interne memo’s hun licht mochten laten schijnen over de gehele gang van zaken. Natuurlijk mocht ook Pieter zijn mening over de kwestie geven en dat was niet tegen dovemans oren gezegd, zoals blijkt uit zijn interne memo. Want het toeval wil dat net zijn interne memo gelekt werd. De daar in beschreven zaken ‘raze oan de protters’ zoals wij dat in Friesland zeggen. Of zacht uitgedrukt: het was niet best!

Wat ik mij, los van de inhoud, afvraag is hoe het mogelijk is dat deze interne memo van Pieter is gelekt. Er werd al redelijk snel gesuggereerd dat hij dit zelf zou hebben gedaan. Maar dat gaat er bij mij niet in. Want welk voordeel zou hij hier mee hebben gehad? Want als er iemand was die zijn partij op nummer één zette, dan was hij het wel. Ondanks dat hij meerdere keren was tegengewerkt bleef hij immers zijn partij trouw.

Natuurlijk valt er niets te bewijzen, maar het laten uitlekken van de interne memo van Pieter bood natuurlijk wel de ultieme mogelijkheid om hem te laten vertrekken of om hem in een positie te manoeuvreren dat het opzeggen van het lidmaatschap een logische maar ook begrijpelijke stap zou zijn. Pieter uit het zicht en het probleem was verdwenen.

Ik ben wars van politiek en wordt nog dwarser als ik hier verder over nadenk. Het open en eerlijk met elkaar omgaan lijkt in dit verhaal ver te zoeken. En dan zijn er ook nog politici die zich heel serieus afvragen waarom de mensen zich zo vervreemden van de politiek……

Een stikelige warsdenker.

woensdag 2 juni 2021

 ‘Ik wil mijn Donald Duckie terug’

Wie kent dat nummer nog?  Geschreven door Bob Bouber, zanger van de bekende band ‘ZZ en de Maskers’. Het nummer ‘Ik wil mijn Donald Duckie’, uitgebracht in 1969, speelde door mijn hoofd toen ik onlangs een prijs ontving van de Postcode loterij.

In het kader van klantenbinding verrast deze loterij zijn deelnemers regelmatig met een prijsje. De ene keer zijn het stroopwafels, de andere keer Dove en dit keer een (kort) abonnement op een tijdschrift naar keuze.

De keuze was best wel groot. Naast VT-wonen, Libelle, Quest en vele anderen kwam ook de Donald Duck voorbij. Aangezien één van mijn levensfilosofieën is dat je het kind in jezelf moet koesteren, besloot ik te kiezen voor een zes weken durend abonnement op de Donald Duck.

Ik kan er niets aan doen, maar ik heb wat met dat blad. Toen ik nog jong was namen mijn ouders een abonnement op het blad, wat ik (toe ook al) met veel plezier las. Ik kon wegdromen in de fantasiewereld van Walt Disney. Donald, Katrien, Oma, Kwik, Kwek en Kwak werden bekenden van mij. En natuurlijk niet te vergeten Oom Dagobert die, in het toen nog internet vrije tijdperk, zijn geld had opgeslagen in een groot pakhuis, compleet met duikplank, zodat de beste man zo nu en dan, hatseflats,  een duik kon nemen. Massa is kassa zal ik maar zeggen.

Het mooie was dat mijn moeder elk jaar een jaargang liet inbinden. Het resultaat waren dan twee lijvige boekwerken. Zij begon in 1961 en heeft dat jaren volgehouden. Een echt collecters item, al noemde mijn moeder ze zo niet. Deze boekwerken heb ik nog vaak eens gelezen, maar ik was niet de enige, want ook mijn kinderen en kleinkinderen deden dat. Maar het meest werden ze toch gebruikt als er een kind ziek was, dan werd het met liefde uitgeleend. Ik denk dat heel wat kinderen uit Arum, mijn geboortedorp, er plezier aan heeft beleefd.

Maar ja ze zijn door de tand des tijd natuurlijk wel een beetje aangetast natuurlijk. Nou ja, door de tijd, dat is met name mijn schuld geweest. Een aantal jaren stond er ook wekelijks sport tekeningen van Dik Bruynesteyn in. Als het voetballers waren, zeker die van Feyenoord, knipte ik die er uit. Of ik plakte ze in mijn voetbal album, of ik gebruikte ze als onderwerp voor het zogenaamde figuurzagen.

Dus jullie zullen begrijpen dat ik heel blij was met een brief van burgemeester Speksnuit waarin hij mij welkom heet met mijn korte abonnement op het vrolijke weekblad. Ik ga er zeker van genieten, maar of ik ze ga inbinden……….. ik denk het toch maar niet. Maar ik ben wel blij dat ik mijn Donald Duckie, al is het maar voor even, weer terug heb.